1. Primaire gegevens:

Auteur: Griet Op de Beeck
Titel: Kom hier dat ik u kus
Plaats uitgave: Amsterdam
Jaar uitgave: 2014

2. Samenvatting:

In dit boek volg je het levensverhaal van Mona. Het verhaal bestaat uit drie delen die elk een periode uit haar leven belichten. Dat maakt dit boek tot een ontwikkelingsroman.

In het eerste deel (1976-1978) is Mona negen. Wanneer haar moeder verongelukt, probeert Mona uit alle macht te redden wat er te redden valt. Terwijl haar vader zich steeds meer terugtrekt in zijn tandartsenpraktijk, neemt Mona de zorg voor haar broertje Alexander op zich. Mona moet erg wennen aan de nieuwe vrouw van haar vader, maar doet haar uiterste best het haar naar de zin te maken. Later ontfermt ze zich ook over haar halfzusje Anne-Sophie.

In het tweede deel (1991) is Mona vierentwintig. Ze werkt inmiddels als dramaturg en komt in een complexe liefdesrelatie met de schrijver Louis terecht. Alexander, de oogappel van het gezin met zijn medicijnenstudie, valt met de deur in huis als hij aankondigt te stoppen met zijn studie omdat hij en zijn vriendin een kind verwachten.

In het derde deel (2002) is Mona vijfendertig. Haar vader is ernstig ziek. Ze komt erachter dat hij al die jaren in het geheim heeft gecorrespondeerd met de vrouw van zijn leven, maar dat hij nooit voor haar heeft durven kiezen. Mona brengt de laatste wens van haar vader in vervulling door hem opnieuw met haar in contact te brengen. Wanneer haar vader sterft, voelt Mona zich in staat om de keuzes te maken die haar vader nooit heeft durven maken in zijn leven. Ze kiest eindelijk voor zichzelf en haar eigen geluk. Ze neemt ontslag en beëindigt haar relatie.
Bron: https://www.lezenvoordelijst.nl/docenten-15-18/niveau-3/kom-hier-dat-ik-u-kus/?docenteninfo

--> Toen ik begon met lezen vond ik het eerste deel een beetje over de top ofzo... later toen ik doorlas viel alles wel op zijn plaats.

Het tweede deel las gewoon vlug door niet heel veel hele opmerkelijke onlogische gebeurtenissen .
En het derde deel was natuurlijk heel triest maar ook wel heel mooi vond ik, ook kwamen er veel gebeurtenissen voor die heel herkenbaar voelde (in het hele boek wel maar in het derde deel het meest).

3. In welke tijd speelt het verhaal zich af en wordt het verhaal chronologisch verteld of niet; zitten er veel terugblikken (flashbacks) of vooruitkijkjes (flashforwards) in?

Deel 1 speelt zich af van 1976 tot 1978, deel 2 speelt zich af in 1991 en deel 3 speelt zich af in 2002. Er zitten niet echte flashbacks in, alleen dingen die Mona leert over het verleden, dit zijn vooral dingen over haar moeder. Er zitten geen flashforwards in het verhaal.

--> Ik vind het heel prettig lezen omdat ik gewoon precies weet in welke volgorde alles gebeurt en eigenlijk gewoon met haar (de ik persoon--> Mona) mee leeft.)

4. In welke omgeving speelt het verhaal zich af (bijv. stad, eiland, bos, kelder)? Is er sprake van plaatswisseling? Beschrijf de relatie tussen de plaats(wisseling) en het thema.

Deel 1 van het boek speelt zich vooral af in het huis van Mona’s ouders, waar ze woont met haar vader, Marie en haar broertje.
Deel 2, speelt zich veel af in Mona’s appartement en soms in cafés of haar werk.
Deel 3 speelt zich grotendeels af in het ziekenhuis bij Mona’s vader, maar ook nog vrij regelmatig in Mona’s appartement.

Dus er is zeker spraken van plaatswisseling. De relatie tussen de plaats wisselingen zijn heel logisch, Mona wordt ouder en koopt haar eigen huis (huis ouders -> eigen appartement), dan wordt Mona’s vader ziek en is Mona vaak bij hem in het ziekenhuis.

5. Is jouw boek een ik-boek, een hij/zij boek of is er een alwetende verteller? Geef een paar regels uit je boek als voorbeeld.

Het boek wordt verteld in een ik-vertelwijze.  Dit wordt op de eerste pagina van het boek al gelijk duidelijk: “Ze zeggen dat je ogen wennen aan het donker, maar hier, in dit kleine kamertje in de hoek van de kelder, is de lucht pikzwart. Vorige keer heb ik hardop geteld en toen was ik al in de zoveel-honderd en mocht ik er nog niet uit, dus dat doe ik niet meer.”

6. Thema: Wat is het belangrijkste in je boek? Het thema bestaat uit één zinsdeel.

Het thema van “Kom hier dat ik u kus” is: Hoe het gebrek aan liefde en veiligheid iemands leven kan bepalen.

Dit is heel duidelijk te zien omdat je Mona in verschillende leeftijden te zien krijgt. En vooral het gebrek aan liefde en veiligheid in de jeugd heeft een groot effect op de rest van haar leven. Een voorbeeld is wanneer Marie erachter komt dat "mama" zijn niet allemaal leuk en mooi is. In deze tijd "leert" steeds meer al haar gedachten en gevoelens voor zichzelf te houden.

--> Mooi maar ook wel heel heftig omdat je merkt dat het zo diep zit dat Mona eigenlijk ook niet echt meer anders kan...

7. Geef een karaktertypering van de drie belangrijkste personages. Beschrijf ook hun uiterlijk, als dat van belang is. Welke rol spelen ze in het verhaal? Wees beknopt maar duidelijk in je antwoord; geef niet te veel details.

Mona: zelfstandig, nieuwsgierig en empathisch

            Mona is de hoofdpersoon van het verhaal.

Marie: gevoelig, egocentrisch en paniekerig
             Marie is de stiefmoeder van Mona (en Alexander).
Vincent: introvert, laf en conflict mijdend
              Vincent is de vader van Mona (en Alexander).

--> Ik merkte wel bij alle 3 de personages dat ze wel echt een karakterverandering doormaken. Dit is het duidelijkst bij Mona natuurlijk omdat je haar gedachten meekrijgt. In het eerste deel is ze nog heel kinderlijk (logisch ze i s een kind) en ook nog heel onschuldig. Maar door de dingen die ze dan meemaakt merk je in de delen daarna dat die kant van haar (onschuldig/onwetend) een beetje verdwijnt.

De meest verrassende verandering in karakter is dat van Vincent (Mona's vader) omdat hij in de eerste delen erg introvert en conflict mijdend is maar in het derde deel waarin hij ziek is stelt hij zich ineens veel meer open richting Mona.    

8. Leg uit wat het verband tussen het motto en het verhaal is.

“Kom hier dat ik u kus” heeft twee motto’s, de eerste is: “Misschien zijn alle draken in onze levens eigenlijk prinsessen die alleen maar zitten te wachten op het moment waarop we eindelijk, mooi en moedig, in actie schieten. Misschien is datgene waar we bang voor zijn in zijn blootste essentie iets hulpeloos wat onze liefde zoekt.” ~ Rainer Maria Rilke.
Het verband tussen dit eerste motto en het verhaal is, in het boek maakt Mona in haar leven heel veel moeilijke tijden door, maar uiteindelijk leidt al dit tot het punt waar Mona eindelijk kiest voor haarzelf en haar eigen geluk. Dus de vele moeilijke tijden zou je kunnen vergelijken met de draken en het resultaat dat ze (eindelijk) besluit om voor zichzelf te gaan zou je kunnen vergelijken met de prinsessen die wachten op het juiste moment. En het voor zichzelf kiezen wordt dan gezien als Mona’s angst maar dat zal resulteren in betere tijden.

Het tweede motto is: “We vergeten dat we uit net genoeg water bestaan om een vloedgolf te vormen.” ~ Dennis Gaens.
Het verband tussen dit motto en het verhaal is dat Mona al vanaf jongs af aan leert om haar eigen gevoelens en gedachten voor zich te houden. Omdat ze met deze gedachte opgegroeid is vergeet ze haar waarde. Dus al het water zou je kunnen vergelijken met alle gedachten en gevoelens die Mona al die jaren voor zich houdt. En de vloedgolf die zou kunnen ontstaan door al dat water (gedachten/gevoelens) zou je dus kunnen vergelijken met het moment waarop Mona begrijpt dat haar gedachten en gevoelens er wel degelijk toe doen.

9. Schrijf een of meer gedichten bij het boek.

• Als we gewoon ons mond houden zal alles vanzelf goed komen.
  Als gij mij wilt vertellen wat ik fout doe maak ik het goed.
  En als ik me zal gedragen zoals men dat van mij verwacht, is alles goed.

      Maar wat als ik dit niet wil?
      Wat als ik wil gillen, schreeuwen en dansen op de tafels?
      Wat zal er dan gebeuren?
      Zal alles dan fout zijn?

• Alle tranen vormen tot een rivier en elke rivier moet uiteindelijk uitmonden in de zee.

• In mij hoor ik gegil, geschreeuw en uren lang gehuil.
  Om mij heen hoor ik gepraat, gediscussieer en gejammer.
  Maar ik hou me stil.
  Stil als een muis.
  Want wanneer ik mee doe aan al deze herrie zal ik ontploffen en dan neem ik de hele wereld mee.

• En ik zat naar de radio te luisteren en “Let it go” van Frozen stond op. En ik merkte dat een groot deel van de songtekst goed bij dit boek paste (dit heb ik natuurlijk niet zelfgeschreven maar het viel me op en het leek me leuk om het erbij te zetten.)

….

Don’t let them in, don’t let them see. 
Be the good girl you always had to be.
Conceal, don’t feel, don’t let them know.
Well, now they know.

Let it go, Let it go.

….

10. Deel het boek in bij een van de drie hoofdgenres (proza, poëzie of toneel).

Proza